Waar een klein land groot in is: SCHAATSEN!

Waar een klein land groot in is: SCHAATSEN!

Waar een klein land groot in is... we mogen dan in een kikkerlandje  wonen, het Nederlandse   bedrijfsleven eist op veel gebieden  een toonaangevende rol op. we  ontwikkelen computergames voor  grote Hollywoodstudio’s, exporteren  dancemuziek naar alle werelddelen,  helpen zowel ontwikkelingslanden  als de VS om droge voeten te  houden, baggeren complete  eilandengroepen voor oliestaatjes,  bouwen zeilschepen voor de rijken  der aarde en steken menige bilpartij  in de strakste jeans. Voor de Zaak  reden om de Nederlandse pareltjes  in het MKB te zoeken die zowel nationaal als internationaal succes boeken. in deze aflevering: Schaatsen.


Foto: Zandstra, CadoMotus en Nijdam.

Geen winter zonder  schaatsvirus. Een weerman die vorst voorspelt, geeft het startschot voor een koortsachtig, maandenlang aanhoudend verlangen naar natuurijs. En als dat er ligt, binden ruim drie miljoen landgenoten hun schaatsen onder. Dat was tenminste zo in de winter van 2008 en 2009, toen het werd onderzocht door  het W.J.H. Mulier Instituut, centrum voor sociaalwetenschappelijk sportonderzoek. De miljoenen kinderen uit de leeftijdsgroep waarin schaatsen populair is, onder de vijftien, deden niet mee aan het onderzoek. Zonder vorst wordt de stilte in de schaatshandel enkel doorbroken door bezoekers van een van  de vierentwintig kunstijsbanen. Na voetbal, autosport, wielrennen en tennis wordt schaatsen het meest op televisie uitgezonden en bekeken. Zelfs de wortels van het     Oranjelegioen ontsproten bij schaatsen. In 1966, tijdens het Europees Kampioenschap in Deventer, ontketenden schaatsers Ard Schenk en Kees Verkerk een publiek enthousiasme dat nooit meer over ging. Zo bezien moet het een lucratieve business zijn, schaatsen verkopen. Maar de F.G.H.S., de branchevereniging van sportartikelleveranciers, beoordeelt het als een kleine markt. “Het is eigenlijk bijverkoop, net als vuurwerk”, zegt de woordvoerder. Wat de omzetsnelheid         niet helpt, is de goede kwaliteit van de waar. Sommige schaatsen gaan wel veertig jaar mee en de verkoop van tweedehands materiaal is levendig. Bijna  een op de vijf mensen die in de winter van 2008/2009 over natuurijs gleden, hadden speciaal  voor die gelegenheid schaatsen gekocht.  Dat betekent dat er in korte tijd zeshonderdduizend paar schaatsen over de toonbank gingen, zo berekende het Mulierinstituut. Minimaal, want dit getal is exclusief de grote groep schaatslustigen tot vijftien jaar.
Honderden jaren geleden had bijna elk dorp zijn eigen schaatsenmaker. De productie werd alras veeleisender, wat leidde tot schaalvergroting. Het aantal Nederlandse schaatsproducenten is nu op twee handen te tellen. In totaal werkt er nog geen honderd man.

Onverkoopbaar
Een doordeweekse dag in januari 2014. Het is het veertien graden Celcius. “Rot-weer!” zegt Niels Emck van Schreuders Sport International B.V. in een grote hal in Leerdam vol baseballknuppels, fitnessaccessoires en dartborden. “Daarom zoeken we meer producten waarvan we denken dat het handel is.” Met sportartikelen is het gebruikelijk dat je met een monster van je product orders binnenhaalt en pas daarna gaat produceren, legt hij uit. Schaatsen zijn een uitzondering. Winkeliers willen geen grote voorraden hebben.  Emck: “Het duurt minstens drie maanden voordat er nieuwe spullen verkoopklaar hier zijn vanuit China. Dus hebben we zelf een complete voorraad schaatsen liggen die we met onze dertig medewerkers kunnen verkopen in een goeie schaatswinter.”

Foto: Niels Emck van Schreuders Sport International B.V.
 
De schaatsproducenten houden de verkoopcijfers angstvallig verborgen,  maar als het er zeshonderdduizend zijn, verkoopt Schreuders Sport International  het   leeuwendeel, vermoedt Emck. “Omdat onze schaatsen zich veelal in het lagere en middensegment bevinden”.
 
Schreuders Sport International kijkt voor de schaatsverkoop steeds meer naar het buitenland en staat sinds drie jaar op de Duitse beurs. Emck exporteert gemiddeld  tien procent van de schaatsproductie. “In het lagere segment is prijs belangrijk dus moeten ook transportkosten zo laag mogelijk zijn. Duitsland is dichtbij en ligt daarom voor de hand. We zoeken daar nu een vertegenwoordiger. We verkopen ook wel wat aan Denemarken, Oostenrijk, Engeland en Scandinavië. Buiten Europa doen we vrijwel niets. Meestal vinden de winkeliers ons via internet. Soms sturen we een  monster op, dan bespreek je de prijs en klaar is Kees.”

De grootste innovatie van Schreuders Sport International was misschien wel de verplaatsing van de productie naar het buitenland om kosten te verlagen en schaatsen te kunnen verkopen voor een winkelprijs tussen vijfentwintig en honderd euro. Een andere slimme zet was om te proberen kwaliteit te benadrukken door de merknaam Nijdam, sedert 1896, te kopen. De innovatie staat soms jaren vrijwel stil. Vanaf 1997 was er elf jaar geen vorst. “Dus je hebt elf jaar oude schaatsen liggen,” zegt Emck. “Maar de concurrentie en dus de winkeliers ook. Dan is het relatief rustig met nieuwe ontwikkelingen.

Bron: De Zaak, februari 2014 (ingekorte versie). In het complete stuk komen ook Zandstra en CadoMotus aan het woord. 

Ga terug